Voorwoord
De Regio Stedendriehoek heeft de afgelopen jaren haar agenda herijkt. De focus ligt op vier onderwerpen (bereikbaarheid, leefomgeving, sociaal kapitaal en innovatie) met als doel het versterken van het vestigingsklimaat.
De Natuurlijke Alliantie staat voor het geïntegreerd bestuderen en plannen van bodem, water en groen. Bodem, water en groen zijn de dragers van onze natuurlijke leefomgeving. Dit is noodzakelijk omdat er veel deelbelangen spelen. Denk aan:
- koude-warmte-opslag (kwo),
- potentiële aardwarmte en
- aardschatten,
- goed anticiperen op extremer weer als gevolg van een veranderend klimaat, met minder geld natuurwaarden borgen,
- het leggen van nieuwe verbindingen met andere functies, etc.
Deze zaken kun je integraal en samen regelen. Daarmee zijn de inspanningen veel effectiever.
Download hier het rapport
Projectinformatie
- Samenwerking:
- Opdrachtgever:
- Periode:
De natuurlijke Alliantie
De methode ‘Natuurlijke Alliantie’ biedt handvatten voor samenwerking van de relevante overheden om de aspecten water, bodem, groen en klimaat vroegtijdig aan de orde te stellen in de diverse ruimtelijke plannen. De Natuurlijke Alliantie helpt bij het formuleren van een visie op de regio, stad en/of wijk en de relaties daartussen.
Ruimtelijke Klimaatagenda
Zowel de regio Stedendriehoek als de provincie Gelderland hechten veel waarde aan een leefomgeving, waar het goed wonen, werken en leven is. Een goede leefomgeving gaat ook over bodem, water en groen. Om de samenwerking aan een duurzaam bodem- en watersysteem vorm en inhoud te geven, is volgens de benadering van de natuurlijke alliantie gewerkt.
Klimaatatelier
Als eerste is een klimaatatelier georganiseerd in de regio Stedendriehoek. Dit is een bijeenkomst waarbij gezamenlijk met de relevante partners een workshop wordt gehouden, waarbij men de kennis deelt en een schetsontwerp maakt. De effecten en gevolgen van klimaatverandering worden hierdoor voor de aanwezigen duidelijk.
Effecten van klimaatverandering
Vervolgens is gewerkt aan de invulling van de ‘Ruimtelijke Klimaatagenda’. Vanuit dit natuurlijk bodem- en watersysteem is vooruit gekeken naar effecten van klimaatverandering en naar kansen die het natuurlijk systeem biedt voor nieuwe economische initiatieven. Vervolgens zijn de verkregen inzichten in beelden en kaarten (veerkracht en regionale economie) vastgelegd.
Urgentie
Indicatieve berekening kosten van ‘niets doen’
CAS/ Alterra heeft een overzicht gemaakt van de schades die op lokale schaal optreden door de effecten van klimaatverandering in 2050. De schades zijn onderverdeeld in vier verschillende categorieën:
- Waterveiligheid
- Wateroverlast
- Droogte
- Hitte
Aan de hand van deze categorieën is een overzicht gemaakt van de schades die op lokale schaal optreden. Deze schades zijn zoveel mogelijk gekwantificeerd (kans x gevolg). De kans op gebeurtenissen als wateroverlast, hittegolven, droogte en overstromingen wordt onder andere afgeleid uit de Klimaateffectatlas (klimaateffectatlas.wur.nl). Er zijn ook baten door de klimaatveranderingen, zoals besparing van energiekosten en extra economische initiatieven.
Ruimtelijke kwetsbaarheden
Gebieden op de kwetsbaarhedenkaart aangegeven, lopen gevaar bij een overstroming door de IJssel. Wanneer de jaarlijkse neerslagsommen in de toekomst toenemen, stijgt de grondwaterstand op de Veluwe. Daardoor stijgen ook de grondwaterstanden in de randen van de Veluwe. Dit heeft mogelijk met overlast tot gevolg.
Door het stijgen van de grondwaterstanden op de Veluwe kan ook de kwelstroom toenemen. Ook dit kan overlast veroorzaken. In natuurgebieden is dit overigens meestal een gewenste ontwikkeling. Als water stagneert in zijn stromingsrichting achter kleischotten kan dit een tekort aan grondwater veroorzaken voor vegetatie. Dit kan leiden tot verdroging van natuur. Door klimaatverandering kan dit verschijnsel toenemen. Verdroging van landbouwgewassen zal vooral op treden op de dekzandruggen. De kans op ‘oncontroleerbare natuurbranden’ is al hoog: nu gemiddeld 1 keer per 25 jaar. Deze kan toenemen naar 1 keer per 5 jaar.
De temperatuur in een stedelijk gebied is gemiddeld hoger dan in het omliggende landelijk gebied waardoor, bij aanhoudend warm weer hittestress in de steden op kan treden.
Inspiratie voor het versterken van de leefomgeving
Bodem, water en groen vormen de drager van het landschap, de leefomgeving en de ruimtelijke ontwikkelingen die daarin plaatsvinden. In de benadering van de Natuurlijke Alliantie worden bodem, water en groen daarom ook als één natuurlijk systeem beschouwd.
Bij voorkeur wordt uitgegaan van het regionale schaalniveau, omdat systeemkenmerken van bodem, water en groen dan het best begrepen kunnen worden.
Landschap
Het landschap wordt gezien als de regionale integratie van bodem, water en groen. De integratiekaart is samengesteld uit een selectie van onderdelen van de drie themakaarten. Daarbij zijn die onderdelen gekozen die de grootste ruimtelijke betekenis hebben voor de regio Stedendriehoek.
De stedelijke kernen zijn ontstaan op logische plekken in het landschap: op de Rand van de Veluwe die overgaat in de IJsselvallei, hier ook als gevolg van de middeleeuwse ijzerindustrie (voor heel Europa is 200.000 kg ijzer geproduceerd). De kernen zijn ook ontstaan op Dekzandruggen, op de Oeverwal langs de IJssel en tenslotte op Kruispunten van wegen bij ontginningen.
Overstroming bij dijkdoorbraak treft een groot deel van de laag gelegen IJsselvallei. Dijken beschermen het land hiertegen. Door rivierverruiming kan er meer water door de bedding stromen en wordt de kans op een ramp verkleind. De groenzones van de steden vormen in meer of mindere mate een aanvulling op de regionale groenstructuren. De IJssel is een deel van de internationale moerascorridor.
Veerkracht
De regionale opgave betreft verschillende onderwerpen:
- De veiligheid voor hoogwater bij een doorbraak van de rivierdijk.
De oostelijke randzone van de Veluwe, op de overgang naar de IJsselvallei, is kwetsbaar vanwege onder andere de natuurwaarden, het reliëf en de sprengenbeken en sprengkoppen. Ook vindt je hier veel cultuurhistorische en archeologische waarden. - Het gevaar voor oncontroleerbare natuurbranden is al groot en neemt verder toe.
- De IJssel is een deel van de moerascorridor van het internationale rivierennetwerk. Het is een aan- en doorvoerroute van flora en fauna.
- Het gebied ten noordoosten van Deventer zet in op de vermindering van vermesting en het realiseren van meer waterberging, onder andere voor de landbouw. Hierbij ligt een verdere integratie met recreatie en natuurwaarden voor de hand,
- Vergroenen van steden ten behoeve van het verminderen van hittestress, het verhogen van de waterkwaliteit en de biodiversiteit én het aanhechten aan de regiostructuur.
- Verondiepen van Bussloo om de regionale kwelstromen minder te verstoren.
Regionale circulaire economie
- Binnen de methode van waterwinning is een regionale afstemming noodzakelijk vanuit de maatschappelijke context van het hele gebied.
- Kringloop/peil boeren kunnen een goede bijdrage geven aan de realisatie van opgave V5.
De recreatiedruk op het randgebied is te hoog. Het accent moet worden verschoven naar de IJsselvallei en de IJssel zelf. De uiterwaarden kunnen beter worden ontsloten, en op enkele plekken kan een oversteek over de rivier mogelijk gemaakt worden.
De bodem kan een extra dimensie geven aan dit netwerk. Er zijn talrijke bijzondere plekken die getoond en verbonden kunnen worden, zoals het rivierduin en het rivierterras , hoge beleefplekken zoals Vellet en de vuilstort én cultuurhistorische vindplaatsen. - De oorsprong van de steden is mede bepaald door hun landschappelijke ligging (o.a. aan de Veluwerand en op de oeverwallen van de IJssel).
- De landgoederen en buitenplaatsen vormen voor veel mensen nog onbekende schatten van de regio.
- De buitengebieden kunnen een grote bijdrage leveren aan de energiebehoefte van de regio.
Strategie doorwerking
Dit rapport is gemaakt voor de regio Stedendriehoek, in opdracht van Waterschap Vallei en Veluwe. De basis voor het rapport ligt in de Omgevingsvisie Gelderland en de Regionale Gebiedsvisie S3H 2030, met de daarbij behorende uitvoeringsagenda.
Het rapport is aangeboden aan de Werkgroep Fysiek Domein van het Samenwerkingsverband Stedendriehoek.